Nieuws
Dga opgelet: voorkom problemen met excessief lenen

Dga opgelet: voorkom problemen met excessief lenen

Geplaatst op donderdag 18 juli 2024      Leestijd: 3 minuten


Vanaf 1 januari 2024 is de grens voor de regeling excessief lenen verlaagd van € 700.000 naar € 500.000. Dit betekent dat directeuren-grootaandeelhouders (dga's) die in 2023 al te maken hadden met deze regeling, nu hun excessieve schulden met minstens € 200.000 extra moeten afbouwen. Een flinke mindering, dus begin op tijd met de afbouw om binnen de nieuwe grens te blijven!
 

Wat is excessief lenen?

Excessief lenen houdt in dat een aanmerkelijkbelanghouder (AB-houder), vaak een dga, meer leent van zijn eigen vennootschap dan een bepaald maximumbedrag. Vanaf 1 januari 2024 is dit maximumbedrag vastgesteld op € 500.000. Leningen boven dit bedrag worden als bovenmatig beschouwd en vallen onder de wet excessief lenen, met als gevolg dat ze belast worden in box 2 van de inkomstenbelasting. Deze wetgeving is bedoeld om te voorkomen dat dga's en andere AB-houders te veel schulden opbouwen bij hun eigen bedrijven zonder daarover belasting te betalen.
 

Welke leningen vallen onder de wet excessief lenen?

Alle leningen boven het toegestane bedrag van € 500.000 vallen onder deze wet. Het maakt dus niet uit of de lening op naam staat van de dga zelf, de partner of verbonden personen zoals kinderen, kleinkinderen, ouders of grootouders. Als het totale leenbedrag boven de € 500.000 komt, wordt het als bovenmatig gezien.

Voorbeeld: Stel, je leent € 600.000 van je eigen vennootschap en leent dit vervolgens door aan je zoon, die al een lening van € 500.000 bij de bv heeft openstaan. Indirect leent jouw zoon dan € 600.000 bij de bv. Het hele bedrag wordt daarom voor hem aangemerkt als bovenmatig lenen. Bovendien wordt voor jou als ouder het deel dat hoger is dan € 500.000, in dit geval € 100.000 euro, aangemerkt als bovenmatig lenen en belast met inkomstenbelasting. 
 

Wat zijn de uitzonderingen?

Er zijn twee uitzonderingen op de wet excessief lenen. De eerste uitzondering geldt als je als AB-houder een borgstelling hebt afgegeven voor de schuld van een persoon die aan jou of je partner verbonden is. De tweede uitzondering geldt als de lening (deels) is gebruikt voor de aankoop van een huis. Hierbij geldt wel dat de bv recht van hypotheek moet hebben op de woning. 
 

Start op tijd met afbouwen van je lening

Vanaf 2024 is het maximumbedrag voor leningen die onder de regeling vallen verlaagd van € 700.000 naar € 500.000. Dit betekent dat dga's die al een excessieve lening hebben, deze met minstens € 200.000 extra moeten afbouwen om binnen de grens te blijven. 
 

Hoe kun je de lening afbouwen?

Er zijn verschillende manieren om ervoor te zorgen dat je leningen onder de € 500.000 blijven:
  1. Eigen middelen gebruiken: Als je voldoende privémiddelen hebt, kun je deze gebruiken om je schuldpositie af te lossen.
  2. Herfinanciering: Overweeg om (een deel van) je schuld te herfinancieren bij een bank.
  3. Vastgoed verkopen of overdragen: Als je privé vastgoed bezit, kun je overwegen dit te verkopen en de opbrengst te gebruiken om je lening af te lossen. Houd hierbij wel rekening met mogelijke overdrachtsbelasting voor de koper.
 

Voorkom belasting in box 2

Door op tijd te beginnen met het aflossen van je lening, voorkom je dat je over het bovenmatige deel belasting in box 2 moet betalen. Het afbouwen van je lening kan enige tijd in beslag nemen, vooral bij het herfinancieren of verkopen van vastgoed. Wacht dus niet te lang en neem tijdig maatregelen.

Voor advies op maat en begeleiding bij het afbouwen van je leningen, kun je altijd terecht bij ons. We helpen je graag om fiscaal voordelig en financieel gezond te blijven.




Deel dit nieuwsbericht